Column van Gerard
Alles in de economie draait om vertrouwen. We kennen het consumentenvertrouwen. Als die daalt geven consumenten geen geld uit en sparen meer. Hierdoor daalt de economie. Dan kennen we het ondernemersvertrouwen. Als die daalt dan investeren ondernemers niet en nemen ze geen personeel meer aan. Het is dan ook van groot belang dat dit vertrouwen intact blijft. Op zich niet zo moeilijk omdat consumenten en ondernemers niet geïnteresseerd zijn in economie. Ze proberen zich dus een toekomst in te schatten door zich te laten leiden door de media. Vertrouwen is dus iets wat scherp in de gaten gehouden wordt d.m.v. peilingen en op basis daarvan op de juiste momenten positief gekeerd. Vaak door het verzwijgen van nieuws of halve waarheden publiceren. Het wordt in ieder geval constant bijgeschaafd.
Maar er is nog een belangrijk vertrouwen welke zich heel anders gedraagt. Het vertrouwen in geld. Anders dan bij consumenten- en ondernemersvertrouwen hoeft dit vertrouwen nooit bijgeschaafd te worden. Men vertrouwt geld gewoon. Toch is geld niet meer dan een getal in een database. 95% van het betalingsverkeer gaat met op- en aftrekken van getallen gekoppeld aan een rekeningnummer. Het zijn dus niet eens briefjes of munten. Wat is een getal waard? Het is wat waard omdat we het “vertrouwen”. Ook niet zo moeilijk want we hebben geen andere keuze. We moeten wel. We gaan allemaal naar ons werk omdat we daar maandelijks een getal voor krijgen. Van dat getal kunnen we dan eten kopen, wonen, auto rijden en op vakantie. Als je een laag getal hebt ben je arm, heb je een hoog getal dan ben je rijk.
Deze getallen, die we geld noemen, werden wel gedekt door de goudstandaard tot 1971, het jaar waarin de goudstandaard werd afgeschaft. Die dekking door goud was al niet meer dan 15% na jaren van daling, maar ook dat moeten we maar aannemen. Ze konden ons op dat gebied toch al van alles wijsmaken. Niemand weet het zeker. Toch maakte zich daar niemand druk om en we bleven geld gewoon vertrouwen tot vandaag de dag. Meer dan 40 jaar lang. Toch was er een moment dat het vertrouwen in geld laag was. Zo rond 1975 tot 1980. Indien het vertrouwen in geld laag is dan stijgt de goudprijs, dat weten we allemaal inmiddels. Zelf heb ik deze jaren bewust meegemaakt toen ik nog jong en onbedorven was. Protesten en stakingen van vrijwel de hele bevolking waren aan de orde van de dag. Het ging helemaal niet over de goudstandaard, het ging erover dat hun salaris de prijsstijgingen niet bij kon houden. De prijsstijgingen waren het gevolg van twee oorzaken. Ten eerste door te veel geld in de markt door oplopende leningen van bedrijven en particulieren. Ten tweede door de hoge omloopsnelheid van het geld door de hoge economische groei.
Beleggers reageerden geheel anders. Deze moeten immers de waarde van geld doorschuiven naar de toekomst. Die kochten goud en zilver omdat de rente bij lange na niet voldoende was om de geldontwaarding bij te houden. Dat joeg de goudprijs op. De goudprijs reageert dus op twee elementen: te hoge inflatie bij te lage rente. De “gouden formule”. Deze beide elementen worden bestuurd door de Centrale Banken. Enerzijds willen de CB’s de rente zo laag mogelijk houden om de economie weer aan te jagen, anderzijds willen ze de inflatie tussen 1% en 2% houden. Op dit moment daalt de inflatie door te lage economische groei, per saldo terugloop van leningen en te lage omloopsnelheid. Dat is geen goed klimaat voor de goudprijs.
Het goede klimaat van goud ligt verder in de toekomst.
CB’s hanteren niet de inflatie zoals wij die ervaren. Ze hanteren de kerninflatie. Inflatie zonder voedsel en energie. Kerninflatie neigt steeds meer naar deflatie. Dit wordt bestreden door steeds meer nieuw geld in omloop te pompen. De spread tussen inflatie en kerninflatie wordt daardoor steeds groter. En juist dat is de basis van hyperinflatie. En hyperinflatie is gewoon een ander woord voor “wantrouwen van geld”. Anders gezegd, de prijzen van huizen en duurzame goederen blijven dalen (deflatie), terwijl de prijzen van eerste levensbehoeften zoals voedsel en energie blijven stijgen (inflatie). Dit is even lastig te begrijpen, maar hyperinflatie ontstaat dus vanuit deflatie. En juist dat is het gevaar van dit moment. Het zou zomaar kunnen gebeuren dat de normale inflatie fors oploopt en de 10% passeert terwijl de kerninflatie en de huizenprijzen nog aan het dalen zijn. Bijkomend verschijnsel is dat dan niemand meer weet wat iets waard is.
Dat is tevens het einde van de brandende lont in het kruitvat! Die 10% inflatie is een gevaarlijke grens volgens Silvester Eijffinger. En hij kan het weten want hij heeft jarenlang bij de FED gewerkt. En waarom is die 10% zo gevaarlijk? Omdat hierboven de bevolking het vertrouwen in geld zal verliezen. De bevolking kan elke maand minder kopen van zijn salaris. Denk alleen maar eens aan de 2 jarige CAO’s die wij kennen die men dan probeert tussentijds los te breken. Maar er zijn meerdere elementen die vastlopen op zulk moment. Centrale bankiers weten heel goed waar de grenzen liggen. Maar komen die bergen bijgeprint geld eenmaal los in de economie als die weer aantrekt, dan kunnen centrale bankiers ook niets meer doen. Hier hebben ze geen knop voor.
Het verlies van vertrouwen in geld zal geld weer brengen naar zijn oorspronkelijke waarde, getallen in computers. Of het echt zover komt weten we niet, maar de kans is en blijft groot. Gebeurt het niet dan zal goud en zilver je beschermen tegen de grote reset die vrijwel zeker zal plaatsvinden. Alleen weet niemand wanneer en hoe. En zo is geduld een schone zaak met goud en zilver. Anderzijds is dit natuurlijk ook een goed koopmoment.
Dan heb ik het nog niet eens gehad over het vrijwel zeker vastlopen van het financiële systeem. Of wat als de overheden daadwerkelijk het faillissement moeten accepteren? Iets wat vrijwel zeker gaat gebeuren. Hoe zal de Euro of de US Dollar daarop reageren?
En natuurlijk hebben we veel hinder van manipulaties op de goud- en zilvermarkt. Manipulaties die er wel degelijk zijn in grote mate. Met als doel het vertrouwen in goud en zilver zo veel mogelijk te schaden. Maar als het systeem eenmaal vast gaat lopen en miljoenen mensen in paniek in goud en zilver gaan vluchten, dan werkt manipulatie echt niet meer.
Dat je je wel degelijk zorgen zou moeten maken valt af te lezen aan de schrikbarende stijging van de geldhoeveelheid (M3) in de laatste maanden. Waarover later meer.
Column van Gerard
Alles in de economie draait om vertrouwen. We kennen het consumentenvertrouwen. Als die daalt geven consumenten geen geld uit en sparen meer. Hierdoor daalt de economie. Dan kennen we het ondernemersvertrouwen. Als die daalt dan investeren ondernemers niet en nemen ze geen personeel meer aan. Het is dan ook van groot belang dat dit vertrouwen intact blijft. Op zich niet zo moeilijk omdat consumenten en ondernemers niet geïnteresseerd zijn in economie. Ze proberen zich dus een toekomst in te schatten door zich te laten leiden door de media. Vertrouwen is dus iets wat scherp in de gaten gehouden wordt d.m.v. peilingen en op basis daarvan op de juiste momenten positief gekeerd. Vaak door het verzwijgen van nieuws of halve waarheden publiceren. Het wordt in ieder geval constant bijgeschaafd.
Maar er is nog een belangrijk vertrouwen welke zich heel anders gedraagt. Het vertrouwen in geld. Anders dan bij consumenten- en ondernemersvertrouwen hoeft dit vertrouwen nooit bijgeschaafd te worden. Men vertrouwt geld gewoon. Toch is geld niet meer dan een getal in een database. 95% van het betalingsverkeer gaat met op- en aftrekken van getallen gekoppeld aan een rekeningnummer. Het zijn dus niet eens briefjes of munten. Wat is een getal waard? Het is wat waard omdat we het “vertrouwen”. Ook niet zo moeilijk want we hebben geen andere keuze. We moeten wel. We gaan allemaal naar ons werk omdat we daar maandelijks een getal voor krijgen. Van dat getal kunnen we dan eten kopen, wonen, auto rijden en op vakantie. Als je een laag getal hebt ben je arm, heb je een hoog getal dan ben je rijk.
Deze getallen, die we geld noemen, werden wel gedekt door de goudstandaard tot 1971, het jaar waarin de goudstandaard werd afgeschaft. Die dekking door goud was al niet meer dan 15% na jaren van daling, maar ook dat moeten we maar aannemen. Ze konden ons op dat gebied toch al van alles wijsmaken. Niemand weet het zeker. Toch maakte zich daar niemand druk om en we bleven geld gewoon vertrouwen tot vandaag de dag. Meer dan 40 jaar lang. Toch was er een moment dat het vertrouwen in geld laag was. Zo rond 1975 tot 1980. Indien het vertrouwen in geld laag is dan stijgt de goudprijs, dat weten we allemaal inmiddels. Zelf heb ik deze jaren bewust meegemaakt toen ik nog jong en onbedorven was. Protesten en stakingen van vrijwel de hele bevolking waren aan de orde van de dag. Het ging helemaal niet over de goudstandaard, het ging erover dat hun salaris de prijsstijgingen niet bij kon houden. De prijsstijgingen waren het gevolg van twee oorzaken. Ten eerste door te veel geld in de markt door oplopende leningen van bedrijven en particulieren. Ten tweede door de hoge omloopsnelheid van het geld door de hoge economische groei.
Beleggers reageerden geheel anders. Deze moeten immers de waarde van geld doorschuiven naar de toekomst. Die kochten goud en zilver omdat de rente bij lange na niet voldoende was om de geldontwaarding bij te houden. Dat joeg de goudprijs op. De goudprijs reageert dus op twee elementen: te hoge inflatie bij te lage rente. De “gouden formule”. Deze beide elementen worden bestuurd door de Centrale Banken. Enerzijds willen de CB’s de rente zo laag mogelijk houden om de economie weer aan te jagen, anderzijds willen ze de inflatie tussen 1% en 2% houden. Op dit moment daalt de inflatie door te lage economische groei, per saldo terugloop van leningen en te lage omloopsnelheid. Dat is geen goed klimaat voor de goudprijs.
Het goede klimaat van goud ligt verder in de toekomst.
CB’s hanteren niet de inflatie zoals wij die ervaren. Ze hanteren de kerninflatie. Inflatie zonder voedsel en energie. Kerninflatie neigt steeds meer naar deflatie. Dit wordt bestreden door steeds meer nieuw geld in omloop te pompen. De spread tussen inflatie en kerninflatie wordt daardoor steeds groter. En juist dat is de basis van hyperinflatie. En hyperinflatie is gewoon een ander woord voor “wantrouwen van geld”. Anders gezegd, de prijzen van huizen en duurzame goederen blijven dalen (deflatie), terwijl de prijzen van eerste levensbehoeften zoals voedsel en energie blijven stijgen (inflatie). Dit is even lastig te begrijpen, maar hyperinflatie ontstaat dus vanuit deflatie. En juist dat is het gevaar van dit moment. Het zou zomaar kunnen gebeuren dat de normale inflatie fors oploopt en de 10% passeert terwijl de kerninflatie en de huizenprijzen nog aan het dalen zijn. Bijkomend verschijnsel is dat dan niemand meer weet wat iets waard is.
Dat is tevens het einde van de brandende lont in het kruitvat! Die 10% inflatie is een gevaarlijke grens volgens Silvester Eijffinger. En hij kan het weten want hij heeft jarenlang bij de FED gewerkt. En waarom is die 10% zo gevaarlijk? Omdat hierboven de bevolking het vertrouwen in geld zal verliezen. De bevolking kan elke maand minder kopen van zijn salaris. Denk alleen maar eens aan de 2 jarige CAO’s die wij kennen die men dan probeert tussentijds los te breken. Maar er zijn meerdere elementen die vastlopen op zulk moment. Centrale bankiers weten heel goed waar de grenzen liggen. Maar komen die bergen bijgeprint geld eenmaal los in de economie als die weer aantrekt, dan kunnen centrale bankiers ook niets meer doen. Hier hebben ze geen knop voor.
Het verlies van vertrouwen in geld zal geld weer brengen naar zijn oorspronkelijke waarde, getallen in computers. Of het echt zover komt weten we niet, maar de kans is en blijft groot. Gebeurt het niet dan zal goud en zilver je beschermen tegen de grote reset die vrijwel zeker zal plaatsvinden. Alleen weet niemand wanneer en hoe. En zo is geduld een schone zaak met goud en zilver. Anderzijds is dit natuurlijk ook een goed koopmoment.
Dan heb ik het nog niet eens gehad over het vrijwel zeker vastlopen van het financiële systeem. Of wat als de overheden daadwerkelijk het faillissement moeten accepteren? Iets wat vrijwel zeker gaat gebeuren. Hoe zal de Euro of de US Dollar daarop reageren?
En natuurlijk hebben we veel hinder van manipulaties op de goud- en zilvermarkt. Manipulaties die er wel degelijk zijn in grote mate. Met als doel het vertrouwen in goud en zilver zo veel mogelijk te schaden. Maar als het systeem eenmaal vast gaat lopen en miljoenen mensen in paniek in goud en zilver gaan vluchten, dan werkt manipulatie echt niet meer.
Dat je je wel degelijk zorgen zou moeten maken valt af te lezen aan de schrikbarende stijging van de geldhoeveelheid (M3) in de laatste maanden. Waarover later meer.